web analytics

Onze drie eerdere republieken

Van Jonathan I. Israel.Een ongekend compleet beeld van de geschiedenis van de “De Republiek der Verenigde Provinciën”, de “Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden” en de “Bataafse Republiek”, allemaal bijgenaamd De Republiek. Geschreven door een Engelsman genaamd Israël en die naam verklaart meteen de passie van een Engelsman voor onze republiek, omdat Israël ook een republiek is. Onze Republiek was toen namelijk de enige op de hele wereld. Een Nederlander had het zo niet kunnen schrijven. De Republiek, 1477-1806 is het 1300 bladzijden tellende standaardwerk over onze Republiek geworden. Erg betrouwbaar qua beeld en feiten. Een boekwerk waar deze Engelsman 14 jaar aan besteedde.

Enkele recensies:
“Een ongeëvenaard meesterwerk”(W.W. Mijnhardt)
“Een boek van klasse”(A. Th. van Deursen)
“Een prachtig en magistraal boek”(P.W. Klein)

Paperback 1368 pagina’s. Uitgeverij: Van Wijnen

Prijs: € 69,50

UITTREKSEL
  • De drie republieken werden kortweg “De Republiek” genoemd, vandaar de titel van het boek.
  • Het huis van Bourgondië en sinds 1480 het huis Habsburg regeerde na de Karolingische tijd over de Zuidelijke Nederlanden en sinds 1428 ook over denoordelijke. Willem van Oranje kwam begin 16e eeuw uit Pruisen en wilde de Nederlanden onderwerpen aan zijn gezag.De Habsburgers waren katholiek en de opstand tegen hun overheersing impliceerde automatisch een protest tegen dekatholieken. Later werden deze opstandelingen dan ook de protestanten genoemd een beweging die Van Oranje toen nodig had voor zijn plannen. Echter deze Willem de Zwijger was zo zwieberig in zijn houding dat hij in 1584 werd vermoord door een fanatiek katholiek, Balthazar Geraerds.

  • De Staten Generaal die eigenlijk nu nog altijd de centrale autoriteit van Nederland vormen, werden ingesteld door het huis van Bourgondië zo rond 1430. Kort daarvoor had Philip de Goede Noord en Zuid-Nederland verengd in het Bourgondische Rijk.
  • In 1477 verwierven de Staten Generaal der Bourgondische Nederlanden het recht bijeen te komen wanneer nodig vonden. Dit recht is gebaseerd op het Groot Privilege van 1477, ondertekent onder druk door Maria van Bourgondië.
  • In 1578 werd de vroege versie van de Unie van Utrecht ontworpen door Floris Thin, landsadvocaat van Utrecht. In 1588 resulteerde dit in de eerste republiek, ‘De Verenigde Provinciën’. Het was vooral een protestantse aangelegenheid, de katholieken waren aanvankelijk tegen de Unie van Utrecht.
  • De ‘Nieuwe Wereld van de Republiek’ zoals de rake typering luidt, maakte in de 17e en 18e eeuw diepe indruk op de Europese en niet-Europese volken, die rechtstreeks of via handel, scheepvaart of prenten en boeken met de Republiek in contact kwamen. Met name de talrijke nieuwigheden en innovaties op nagenoeg elk gebied. Deze verbazing van buitenlanders was natuurlijk dikwijls vermengd met kritiek, ergernis, verachting en soms regelrechte vijandigheid, vooral gericht tegen de vrijheid en toleranties m.b.t. godsdiensten en de lagere klassen.
  • Het belang van de stadhouders werd erkend in Het verdrag van Nonsuch, dat bepaalde dat de ‘gouverneurs’ benoemd moesten worden door de Raad van State, het uitvoerend orgaan van de Generaliteit. In Limburg heet het nu nog ‘de gouverneur’ van Limburg. Eigenlijk de vroegere stadhouder.
  • Er heerste een voortdurende strijd tussen de Van Oranjes, later de Van Oranje Nassau ‘s genaamd ende De Staten-Generaal van de 3 republieken. De bevolking van de republiek was dan ook voortdurend te verdelen in twee hoofdgroepen .De eerste hoofdgroep waren de ‘orangisten’, die wilde niets liever dan de familie van Oranje Nassau als hoogste gezag in de staat, m.a.w. een van Oranje monarchie. De tweede hoofdgroep waren de’Staatsen’. Dit waren de lieden die een republiek wilden en niets anders dan een republiek

    met de Provinciale Staten en de Staten Generaal de hoogste macht van de republiek. Gedurende

    de gehele republikeinse periode van de vaderlandse geschiedenis waren het altijd de ‘Staatsen’

    die aan het langste eind trokken.

  • Na de Unie van Utrecht in 1579, was de situatie op een moment zo warrig, dat in 1585 een delegatie naar Parijs ging om Hendrik III koning van Frankrijk de soevereiniteit over de Nederlanden aan te bieden. Doch deze bedankte voor de eer. In hetzelfde jaar ging men jaar ging men met een aanbod van de soevereiniteit eveneens nog naar koningin Elizabeth van Engeland, doch ook die bedankt voor de eer.
  • De Engelse koningin stemde nog wel in met het sturen van een leger van 7.000 manschappen naar de Republiek voor assistentie in de opstand. In ruil daarvoor moest Leicester leger- en politiek leider van de Republiek worden en een zetel in de Raad van State hebben. Van 1585-1587 waren de Verenigde Provincies zo een soort protectoraat van Engeland.
  • Omdat na de Leicester periode en het in 1584 vermoorden van Willem van Oranje, niemand aanspraak maakte op de macht in de Nederlanden, ontstond na de Unie van Utrecht vanzelf ‘De Republiek’ toen de Staten generaal besloten op eigen kracht door te gaan. Het consolideren werd mogelijk doordat Filips II zich genoodzaakt zag zijn leger uit de noordelijke Nederlanden terug te trekken om in te zetten bij de burgeroorlog in Frankrijk. Dit omdat te voorkomen dat de protestante Hendrik IV zijn positie als Franse koning zou consolideren. Dit gaf de Nederlanders hun kans.
  • Geloofsstrijd was er tussen katholieken en protestanten, doch vooral ook een onderlinge geloofsstrijd binnen de gereformeerde staatskerk, waarin allerlei stromingen elkaar bestreden coccejanen voetianen etc…
  • Toen het economisch beter ging kwam een herstel van de schade van de beeldenstorm op gang in Zuid Nederland en bovenal Italië. Vanaf 1600 bracht dit op grote schaal kunst en architectuur voort van hoge kwaliteit.
  • ‘De Republiek’, zo de 3 republieken kortweg genoemd werden, kende de volgende stadhouders: Willem van Oranje, Frederik Hendrik en Willem de I tot en met Willem de V. Zij hadden gelijktijdig tenminste Holland, Zeeland en Utrecht en Gelderland vanaf 1749. Groningen en Friesland hadden hun eigen stadhouder.
  • De stadhouderloze tijdperken voor Holland, Zeeland en Utrecht waren van 1650-1672 en van 1702-1747. Grofweg 1/3 van de tijd dat de republiek bestond.
  • Vrouwen hadden vrijwel dezelfde rechten als mannen. In het buitenland was dat vaak niet zo.
  • 80 jarige oorlog was een voortdurende strijd met de Spanjaarden met grote tussenpozen en vooral met de Zuidelijke Nederlanden als inzet.
  • De Republiek was goed georganiseerd en gestructureerd. Provinciale Staten, Staten Generaal, Gecommitteerde Raden, Admiraliteitscolleges, Raad van State, Ridder- en Vroedschappen, Burgemeesters, het Schuttersgilde en het Staatse leger.
  • Ook de staatskerk was goed gestructureerd. De 1e synode in Dordrecht, later is dit uitgebreid met classis, kerkraden en ouderlingen.
  • Schilderkunst was enorm ontwikkeld. Rembrandt van Rijn Jan Steen, Frans Hals
  • De Verenigde Oost-Indische Compagnie(V.O.C.) en de West Indische Compagnie(W.I.C.) voor de koloniën in Azië en in Zuid- en Midden Amerika.
  • Voortdurende verandering in de houding t.o.v. vooral de katholieken. Bestrijden – gedogen – tolereren – bestrijden etc…
  • Bevolkingsgroei en welvaartsgroei.
  • De eerste Nationale Synode was in 1618 te Dordrecht. De contra remonstranten wilde dat deze synode een internationale calvinistische vergadering zou zijn met invloed op heel Europa. Er waren afgevaardigden uit Engeland, Duitsland en Zwitserland. Deze Synode maakte Nederland tot het centrum van het calvinisme in Europa, een aureool wat het nog altijd heeft en wat ten onrechte wordt toegeschreven aan de Van Oranjes.
  • Tijdens de 80 jarige oorlog en ook daarna een enorme wisseling in de verhouding met de Zuidelijke Nederlanden. Dan weer onder Spaans bewind dan weer Generaliteitslanden en zo ging dat maar door.
  • In 1648 met het einde van de tachtigjarige oorlog vond erkenning plaats van ‘De Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden’.
  • Altijd op de beslissende momenten waren het de Provinciale Staten en de Staten-Generaal van de 3 republieken de hoogste bestuurscolleges, die de machtsstrijd met de stadhouders altijd wonnen.De Staten Generaal had op haar beurt weer voortdurend conflicten en strijd met vooral de Staten van Holland, welke een grote macht hadden in de Republiek.
  • Alfabetisme was in Noord en Zuid Nederland beter dan in alle omringende staten. De Noord Nederlanden ontwikkelde zich beter dan de Zuidelijke. In 1843 kon 51% van de Belgische rekruten in het leger niet lezen of schrijven. In Noord Nederland was dit slechts 26%. Protestanten konden in 1850 beter schrijven dan katholieken. 75% tegen 51%. Meer mannen konden schrijven dan vrouwen.
  • Er heerste ook een steeds terugkerende hetze tegen en verboden op dansen, prostitutie, decolletés, drankgebruik e.d..
  • In 1653 werd in een vredesregeling met Engeland een “secluse” overeengekomen waarbij geen van Oranje Nassau nog stadhouder of opperbevelhebber van het leger kon worden.
  • De zeemacht van de Republiek was erg groot. Ze hadden talrijke zeeslagen met de Spanjaarden en de Engelsen. Veel kapingen door en van Hollandse schepen op de handelsroutes Noord- en Oostzee en in de Oost en West koloniën.
  • In 1667 werd aangenomen het: “Perpetual Edict en Eeuwigh durende Wet tot voorstant vande Vijheyt”. Hiermee werd in Holland het stadhouderschap afgeschaft. De onverenigbaarheid van het stadhouderschap en kapitein generaal van het leger in alle provincies werd vastgelegd en alle politieke functies van de stadhouder van Holland werd overgedragen aan de Staten van Holland.
  • Kortweg heette deze wet de “Harmonie”. Uiteindelijk in 1668 keurden Holland Utrecht Overijssel en Gelderland deze wet goed en werd de “Harmonie” in de Staten Generaal met 4 tegen 3 stemmen aangenomen.
  • In 1672 verklaarde Lodewijk van Frankrijk de Republiek de oorlog gevolgd door Engeland, de bisschop van Münster en de keurvorst van Keulen. Lodewijks leger alleen al, telde 118.000 manschappen. Het staatse leger was een vierde hiervan. Gelderland wilde nog 3000 burgers onder de wapenen brengen, maar het was te laat. Een ingewikkelde strijd volgde op zee en het hoofdoffensief langs de Beneden Rijn, Arnhem viel en Kleef, Rijnberk, Orsoy, Emmerich, Rees en Wezel vielen in handen van Lodewijk. Later zouden deze naar Brandenburg gaan en De Republiek zou z e nooit meer terugkrijgen.
  • Aan het eind van de zomer van 1672 was De Republiek grotendeels in handen van de Fransen of Münster. Het Staatse leger werd spectaculair gereorganiseerd en in 1673 schaarde Spanje zich aan de zijde van De Republiek en moest Engeland, Frankrijk en Münster na elkaar afhaken en terugtrekken.
  • Voortdurende veranderingen in de relatie tussen Spanje, Frankrijk, Engeland, Münster en de Verenigde Provinciën. Van vreedzame verdragen naar oorlog en weer vredesverdragen. Dit ging gepaard met blokkades van scheepvaartroutes en handelsboycots en -blokkades. Met Duitsland, i.c. Münster en Keulen was dit van veel geringere omvang en betekenis.
  • Toen Willem III meerderjarig was, werd hij benoemd tot kapitein Generaal, doch onder toezicht van de gedeputeerde van de Staten Generaal.
  • 1650-1672. Stadhouderloos tijdperk.
  • Op 20 augustus 1672 werden Johan de Witt en zijn broer Cornelis door een woedende menigte in Den Haag vermoord, de lijken werden opgehangen en aan het volk getoond, stukken ervan werden geroosterd en in kannibalistische haat opgegeten.
  • Rampjaar 1672. Militaire en morele ineenstorting van de Republiek. De Fransen vielen binnen tot Utrecht en Amersfoort. De hoofdkerken gingen weer naar de katholieken. De Fransen namen een deel van Noord Brabant in, terwijl de Münstersen in het Oosten toesloegen. Aan het eind van het jaar was de republiek grotendeels in handen van de Fransen en de Münstersen.
  • Toen de Fransen openlijke uitoefening van het Katholieke geloof gingen eisen in ruil voor vrede brak een opstand uit en riepen orangisten om herroeping van het “Eeuwigh edict” en het aanstellen van de prins van Oranje tot stadhouder. En zo werd Willem III in 1672 toch weer stadhouder. Eerst in Zeeland en een dag later van Holland. Maar de Staten waren nog altijd het hoogste orgaan en gezag.
  • 1672-1702. Stadhouder Willem III
  • Alle stadhouders wilden een groot en nog groter leger en dito belastingen. De Republiek vergrootte alleen het leger als dat nodig was. Stadhouders wilden voortdurend oorlog. Bij de Republiek lag de nadruk op handel en commercie.
  • In de loop van 1673 ondernamen de Fransen Engelsen een gezamenlijke poging met De Republiek op zee af te rekenen. De Ruyter sloeg de aanvallen drie keer af met een veel kleinere vloot.
  • De wetenschap bloeide in de Republiek enorm en veel beter dan in de omliggende monarchieën. Er werden veel dingen uitgevonden. B.v. straatlantaarns en microscopen. Tevens veel geneeskundige ontdekkingen.
  • De Verenigde Provinciën waren vrijer dan andere Europese samenlevingen. Stonden meer godsdiensten en kerken toe of tolereerden dezen. Toch bestond er ook censuur tegen al te uitzinnige opvattingen.
  • De V.O.C. en W.I.C. waren autonome compagnieën met aandeelhouders onder supervisie van de Staten Generaal. Zij mochten alleen gereformeerde kerken toestaan in de koloniën. Op Curaçao was de meerderheid katholiek, maar een katholieke kerk was niet toegestaan.
  • In 1702 overleed Willem de III kinderloos. Deze maakte bij erfenis al zijn bezittingen toen over aan Johan Willen Friso een zoon van het Friese geslacht Casimir, familie van Van Oranje Nassau. Echter de monarch van Pruisen, ook familie van Van Oranje Nassau maakte eveneens aanspraak op de titel Prins van oranje. De Staten van Holland besloten de stadhouders functie vacant te laten. 4 Andere provincies schaften het stadhouderschap af.
  • Toen Johan Willem Friso meerderjarig was werd hij stadhouder van Friesland, Groningen, Drenthe en Gelderland. Deze laatste provincie had evenwel de macht van de stadhouder aanzienlijk ingeperkt via diens door de staten opgestelde instructie. Het slepende geschil over de erfenis van Willem de III werd beslecht via verdeling van wat gebied en de titel van Prins van Oranje ging naar zowel Johan Willem Friso Casimir alsmede de monarch van Pruisen. Zo werd Johan Willem Friso Casimir, Willem de IV Van Oranje Nassau.
  • Ook in de 18e eeuw ondanks de terugval behield de Republiek haar voorsprong op de omringende landen. De Zaanstreek was het eerste Europese industriegebied. Vooral houtzagerijen met windmolens. Ook waren er toen relatief weinig armen in vergelijking met de omringende staten.
  • De pijlers van de ‘Gouden eeuw’ waren:- De lange afstandshandel WIC VOC Oostzeelanden en Portugal. – Walvisvaart. – Haringvisserij. – Nijverheid, Textiel, Linnen, Scheepsbouw etc. In 1760 was dit m.u.v. de handel met Oost Indië goeddeels in verval geraakt. Door de oprichting van de “Bank of England” ging veel kapitaal ter belegging naar het buitenland, omdat zo’n bank vertrouwen gaf en de rente er veel hoger was.
  • De VOC was de eerste naamloze vennootschap op de wereld. Men had behoefte de vloten die op Zuid-Europa en vooral op Nederlands Indië voeren en eigendom waren van particuliere compagnieën bijeen te brengen. Door bewindhebbers werd in 1601 een organisatie ontworpen met 4 kamers die hun eigen kapitaal bijeen brachten en waar compagnieën, kooplieden en anderen geld instaken. 2 Van de vier kamers waren weer verdeeld in onderkamers. Er kwam een raad van 17 directeuren, de Heren XVIIgenoemd, verdeeld over de kamers naar rato van hun inbreng. In 1602 werd door de Staten Generaal aan

    deze organisatiestructuur octrooi verleend met een monopolie op de Nederlandse scheepvaart en handel

    in Azië. De VOC had een grote mate van vrijheid, maar bleef onder toezicht van de Generaliteit.

    De Generaliteit was de verzamelnaam van alle staatscolleges

    in Den Haag, die de Republiek bestuurde met de Staten generaal voorop.

    Zo is de VOC ontstaan, de eerste naamloze vennootschap op de wereld. De aandelen VOC

    werden via de kamers bijeen gebracht door particulieren, compagnieën, en sommige Staten der Provincies die

    deelnamen. Iedereen kon aandelen VOC kopen of verkopen. Het werd een groot succes.

    En zo is de Naamloze Vennootschap door Nederlanders uitgevonden en daar kwam en komt geen oranje

    aan te pas, helemaal van de Republiek Nederland.

  • De terugval werd mede veroorzaakt door watersnoodrampen en de 18e eeuw en door verschillende epidemieën waardoor honderdduizenden runderen stierven.
  • 18e eeuw. Op 80% van de landbouwgrond in Gelderland en Utrecht werd aanvankelijk tabak geteeld, welke in Amsterdam werd verwerkt en of getransporteerd naar Zweden en Pruisen. De aardappel dateert van 1720 als goedkoop en voedzaam product.
  • Hoewel het Europa van de 18e eeuw verstedelijkte gingen de steden in de Republiek juist achteruit qua bevolking en qua bedrijvigheid. De Oostenrijkse(zuidelijke)Nederlanden gingen niet achteruit in de 18e eeuw integendeel. ook was er geen ontstedelijking.
  • Al in 1700 was er in Leiden voor protestanten een soort WAO fonds waaruit zij een uitkering ontvingen bij arbeidsongeschiktheid en waaraan zij premie betaalden.
  • In de 18e eeuw werd de Republiek beheerst door “Rentiers”. Dit waren lieden die in de gouden eeuw enorm rijk waren geworden die nu nog slechts rentenierden en bestuurlijke posities bekleedden.
  • Terend op de Gouden Eeuw was de Republiek tot 1770 nog altijd welvarender dan de andere Europese landen.
  • Het gereformeerde geloof bleef het grootste en het staatsgeloof in de Republiek. Het zakte wel tot 60% van het volk. De katholieken klommen op tot 20% van het volk en waren het tweede geloof. De Generaliteitslanden waren vooral katholiek. Joden trachtte men lang te weren uit de steden, gilden en vroedschappen. Allengs werd dit moeilijker en verwierven zij toch een plaats al was het vaak een ondergeschikte plaats.
  • De 18e eeuw kende ook een schisma in de katholieke kerk. Een scheuring tussen Rooms- en Staatskatholieken. De laatste bestaan nog onder de titel Oud Katholieken, doch stellen qua aantallen niets meer voor.
  • In de tijd van ‘de Verlichting’ was de Republiek toonaangevend in Europa wat betreft, anatomie, geneeskunde, microscopie en botanie. In de natuurkunde was men gemiddeld. Er werden enorme hoeveelheden wetenschappelijke boeken uitgegeven. Soms werden deze door staatscensuur verboden en werden de schrijvers gearresteerd.
  • Na een orangistische revolutie in 1747 werd Willem de IV de eerste stadhouder van alle provincies. Oude instructies van Willem de III werden in ere hersteld, waardoor de stadhouder een grote macht kreeg.
  • De macht van stadhouder Willem de IV was groot door de herinvoering van het reglement van 1675 maar tevens werd hij bijvoorbeeld Eerste Edele van de Ridderschap in elk van de kwartieren in Gelderland. Hij moest alle gekozen bestuurders goedkeuren en benoemde in Groningen zelfs de hoogleraren. De republiek leek toen meer op een constitutionele monarchie zonder gekroonde vorst. Dit was de orangistische revolutie van 1747-1751. Echter de stadhouder overleed plotseling op 40 jarige leeftijd in 1751. Hij zou toen een zoontje van 3 jaar hebben. Zijn moeder nam waar. De stadhouder(ster) en zijn/haar Hof had nu zoveel macht dat die een eigen adviserende raad en vertrouwelingen in de provincies ging instellen, die namens hem/haar regeerden. Twee bestuur stromen, de Staten en de Van Oranjekanalen.
  • De Oostenrijkse (zuidelijke) Nederlanden beleefden van 1750-1786 een enorme opbloei en liepen de achterstand op het Noorden flink in. Men had kolenmijnen en linnen-, laken- en chemische industrie. Dit bracht de Zuidelijke Nederlanden op de drempel van de Industriële revolutie.
  • In 1766 werd Willem de V meerderjarig en stadhouder. De macht werd nog verder versterkt voor deze labiele zwakke persoon. Hij trouwde met een Pruisische prinses.
  • De Republiek steunde indirect de Amerikaanse onafhankelijkheidsoorlog door wapens te verkopen aan Amerika. Hierdoor brak in 1780 de 4e Engelse oorlog uit tussen Engeland en de Republiek. Het verliep desastreus. De Engelse kaapten bijna de hele handelsvloot.
  • 1780 De patriottenbeweging. Oproep aan het Volk de macht in eigen hand te nemen tegen de van Oranjes. Bovendien wilden de patriotten af van de dominantie van de gereformeerde kerk en van de lagere status van de Generaliteitslanden.
  • Utrecht was de hoofdzetel der patriotten en schafte als eerste de instructie van de stadhouder Willem de V af. Er dreigde in de Republiek een burgeroorlog tussen de patriotten en de orangisten. De stadhouder trok zich uit angst terug uit Den Haag en de Staten van Utrecht trokken zich terug naar Amersfoort waar een garnizoen lag. Utrecht was de eerste stad met een democratische gekozen stadsbestuur.
  • De Zuidelijke Nederlanden kwamen in opstand tegen Jozef de II Keizer van Oostenrijk uit het huis van Habsburg. Deze opstand was geënt op de Amerikaanse vrijheidsoorlog. In 1789 werden de Oostenrijkers verdreven en riep men in de zuidelijke Nederlanden “De Republiek der Verenigde Nederlandse Staten” uit. Met een gebrekkige grondwet en te weinig financiële bijdragen van de Provinciale staten. In 1791 was dit weer voorbij toen de Oostenrijkers met steun van de Pruisen weer de zuidelijke Nederlanden binnentrokken en hun gezag herstelden.
  • Het waren Brabantse contrarevolutionairen die in 1789 de bevolking van het Nederlandse en Franstalige zuiden de “Belgen” (les Belges) noemden. Zij hadden de overtuiging anders te zijn dan de Fransen en de Noord Nederlanders.
  • In 1792 kwamen de Zuidelijke Nederlanden weer geheel onder Franse heerschappij. Het hele bestuur en rechtspraak werd het Franse model.
  • In 1795 rukten de Fransen op naar Utrecht en Amsterdam in wat een carnavalsoptocht leek en kwam de republiek onder Franse controle. In 1795 werd de naam veranderd in de “Bataafse Republiek”. Van het revolutionaire bewind in Parijs mocht deze nieuwe republiek alles zelf regelen. Het moest wel Staats Vlaanderen afstaan en een deel van Limburg en 100 miljoen betalen omdat ze zolang tegen de Fransen oorlog hadden gevoerd.
  • Willem de V vluchtte “met zijn gezin” op 18 januari 1795 naar Engeland. Alle orangisten werden verwijderd vanzelf ten gunste van de patriotten. De VOC werd opgeheven. Een commissie van de Generaliteitslanden bestuurden verder de koloniën. Er kwam een soort algemeen stemrecht voor mannen boven de 20 die niet van de bedeling leefden. De plannen waren een eenheidsstaat te vormen centralistisch van opzet. De Bataafse Republiek was eigenlijk een satellietstaat van Frankrijk.
  • In 1806 legde Napoleon een monarchie op door diens broer tot monarch te benoemen. Het burgerlijk wetboek werd ingevoerd. Voor het eerst een integraal rechtsstelsel. Later werd deze broer weer van zijn taak afgezet door Napoleon en kwam er een Franse bewindvoerder. In 1813 was het naam decreet. iedereen die nog geen naam had en dat was 70% moest een naam opgeven ter registratie door de staat. Van Hogendorp kwam in beeld met regent Van der Duin van Maasdam en de hoge militair Van Limburg
    Stirum. Een driemanschap dat een complot smeedde tot een staatsgreep. Zij wisten niet hoe dit aan te pakken, doch werden geholpen door de Nederlandse bondgenoten die belang hadden bij een orangistische overwinning op de patriotten. De Fransen werden zo teruggedreven. In Den Haag greep Van Hogendorp de leiding op de dag dat de Fransen de stad verlieten, 17 november 1813. Op 30 november 1813 landde in Scheveningen de zogenaamde erfprins Van Oranje Nassau uit Engeland. Maar dat kan net zo goed een Nederlander van oude adel zijn geweest die zijn naam vervalst had. Over de echtheid van deze zogenaamde afstammeling waren de meningen toen erg verdeeld. Zo ontstond het huidige zogenaamde “huis Van Oranje Nassau”. Dit alles was in hetzelfde jaar 1813, als het naam decreet van Napoleon waarmee 30% van de bevolking voor het eerst van hun leven een officiële achternaam had. Dat was vast geen toeval en eigenlijk een erg verdacht moment.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

PHP Code Snippets Powered By : XYZScripts.com